De Vervoerregio Amsterdam zet in op een aantrekkelijk, duurzaam en inclusief openbaar vervoer voor Amsterdam dat meegroeit met de stad en de reizigersaantallen. Dat betekent dat de nieuwe concessie voor het rijden van de metro, trams en bussen in Amsterdam, Diemen en Duivendrecht vanaf 2025 naast een goede bereikbaarheid óók oog heeft voor de sociale en maatschappelijke functie van het ov en bijdraagt aan het welzijn van de inwoners. Dat is de onderliggende gedachte bij de ontwerpversie van het Programma van Eisen (PvE) voor de concessie Amsterdam. Het programma van eisen bevat alle minimumeisen waaraan de vervoerder moet voldoen om te rijden in het concessiegebied Amsterdam.
Melanie van der Horst: ‘Zo goed mogelijk openbaar vervoer voor iedereen in concessiegebied Amsterdam. Dat is wat het ontwerp Programma van Eisen vraagt. Openbaar vervoer dat aansluit op de behoeften van verschillende reizigers. Zowel de forens die zo snel mogelijk op de bestemming wil zijn, als de reiziger die slecht ter been is en daarom niet te lang naar de halte kan lopen. En als de stad de komende jaren groeit, dan groeit het openbaar vervoer mee. Zodat het openbaar vervoer een aantrekkelijk alternatief wordt en blijft voor de auto en tegelijkertijd ruimte laat voor lopen en fietsen in een schone, prettige en groene stad.’
De nieuwe manier van kijken naar het ov in Amsterdam betekent grote veranderingen, zoals:
Er moet een halte in de buurt zijn, ook voor bijvoorbeeld inwoners van buiten de ring en boven het IJ. Met een fijnmazig netwerk in buurten en wijken is er altijd een halte op acceptabele loopafstand. Dat betekent maximaal 400 meter naar een ov halte voor een ontsluitende lijn en maximaal 800 meter naar een HOV-lijn. Door de buurt de Eendracht in Amsterdam Nieuw-West moet er bijvoorbeeld weer een lijn gaan rijden. Daarnaast is het belangrijk voor de Vervoerregio dat ook de Amsterdammer in de buitenwijken en de inwoners van Diemen en Duivendrecht een goede verbinding hebben met het centrumgebied. Vanuit alle wijken en werkgebieden moet het centrumgebied van Amsterdam binnen dertig minuten bereikbaar zijn met maximaal één overstap.
De hoogwaardige ov (HOV)-lijnen, die snel, betrouwbaar, vaak en van vroeg tot laat rijden, blijven de ruggengraat van het openbaar vervoer vormen. Daarnaast zet de Vervoerregio in op het spreiden van reizigers over alle toegangsstations van Amsterdam: Centraal, Zuid, Bijlmer, Amstel en Sloterdijk. Door het netwerk hier ook op aan te passen reist niet iedereen altijd via Amsterdam CS, want dat is maar voor een klein deel van de reizigers de eindbestemming. Als in de komende jaren het aantal reizigers, inwoners en bezoekers groeit, houden reizigers door het spreiden een comfortabele reis en wordt het niet te druk op stations zoals Amsterdam CS. Daarnaast krijgt de binnenstad meer ruimte voor voetgangers en fietsers. Binnen de ring worden de grote reizigersstromen onder de grond gebundeld via de metrolijnen en boven de grond door verbindende tram- en buslijnen over een paar routes te laten rijden die daar het meest geschikt voor zijn. Voorbeelden van deze routes zijn de Binnenring en de route Rozengracht/Raadhuisstraat.
Er worden afspraken gemaakt over het inclusiever maken van het ov. Zodat ov voor iedereen toegankelijk is. Zo mag de loopafstand vanaf een ziekenhuis naar een halte maximaal 250 meter zijn. En moet reisinformatie in begrijpelijke taal gecommuniceerd worden. Daarnaast vraagt Vervoerregio de vervoerder om een plan te maken waardoor zij openbaar vervoer aanbieden waarin iedereen zich welkom voelt, ongeacht gender, leeftijd, achtergrond of taalniveau. De eis dat alle voertuigen van GVB toegankelijk zijn met een mobiliteitsbeperking blijft ook in dit ontwerp PvE staan.
De Vervoerregio wil dat GVB volledig met zero-emissievoertuigen rijdt, zodat het ov niet bijdraagt aan verdere belasting van de aarde. En deze voertuigen rijden op 100% hernieuwbare energie die opgewekt is in Nederland, bijvoorbeeld door zonnepanelen op daken. Daarnaast wordt erop ingezet dat de materialen die nodig zijn voor bijvoorbeeld bussen, metro’s en rails langer meegaan en hergebruikt kunnen worden. Zo draagt het ov-systeem bij aan de gezondheid van de aarde en de mens.
Dit Programma van Eisen geldt voor 11 jaar. Er wordt rekening mee gehouden dat niet alle ambities direct uitvoerbaar zijn. Daarom wordt vierjaarlijks gekeken welke eisen verder aangescherpt worden en in welke richting GVB zich kan ontwikkelen. Zo houden we de ruimte om in te spelen op veranderende omstandigheden.
Het Programma van Eisen is op dit moment een ontwerpversie. Iedereen die wil reageren, kan zes weken lang reageren via: ovamsterdam2025@vervoerregio.nl. Dat kan tot 12 februari 2024. In maart 2024 wordt het ontwerp Programma van Eisen besproken met de regioraad van de Vervoerregio.
Hieronder vindt u het ontwerp Programma van Eisen: