Anderhalf miljard euro trekt het kabinet uit voor steun aan de ov-bedrijven als compensatie voor het inkomstenverlies door de COVID-19 crisis. Daarmee kan het openbaar vervoer in de vervoerregio, en in heel Nederland,  tot 31 december 2020 op volle sterkte blijven rijden. De regeling compenseert 93 procent van de kosten die vervoerders hebben in verband met de gezondheidscrisis.

Sinds het begin van de COVID-19 crisis half maart, zijn de reizigersaantallen fors gedaald. Het openbaar vervoer rijdt met een sterk verminderde dienstregeling om voornamelijk mensen met een vitaal beroep te vervoeren. Hierdoor lijden ov-bedrijven verliezen. Daarnaast hebben vervoerders juist extra kosten om reizen met het ov qua gezondheid zo veilig mogelijk te maken en de COVID-19 maatregelen na te leven. Op verzoek van het kabinet rijdt het ov in Nederland sinds 1 juni weer op volle sterkte, ook al is het aantal reizigers nog erg beperkt. Er geldt tenslotte nog steeds het verzoek om zoveel mogelijk thuis te werken en het ov alleen te gebruiken voor noodzakelijke reizen. 

In een brief aan de leden van de regioraad zegt Vervoerregio voorzitter Sharon Dijksma: “Hoewel de continuïteit van de bedrijven met de nu voorliggende deal gewaarborgd is en de reizigers kunnen rekenen op een solide dienstregeling, realiseer ik me dat de kosten die bij de ov-bedrijven komen te liggen, de bedrijven raakt. De Vervoerregio zal dan ook, net als de afgelopen maanden, met de vervoerders hierover in gesprek blijven.”

Voor dit pakket aan steunmaatregelen gelden ook voorwaarden: vervoerders keren geen dividend uit en er worden geen bonussen of ontslagvergoedingen aan bestuurders verstrekt. Naarmate de maatregelen versoepelen zullen er wel steeds meer mensen met het ov gaan reizen. Als de groei in reizigersaantallen sneller toeneemt dan verwacht, kan de regeling goedkoper uitvallen dan 1,5 miljard. 

Lees meer over de steunmaatregelen voor het ov.