Het nieuwe kabinet wil 110 miljoen euro bezuinigen op het openbaar vervoer in de Vervoerregio Amsterdam en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. De aangekondigde bezuiniging raakt vooral kwetsbare groepen, zoals scholieren, studenten en ouderen die afhankelijk zijn van het openbaar vervoer. Naast de prijsstijging in het ov zullen er door deze bezuiniging mogelijk ook minder bussen gaan rijden in de beide vervoerregio’s waar 5 miljoen mensen wonen. Dat heeft grote impact op de bereikbaarheid van Edam-Volendam tot aan Rockanje en van Waterland tot aan Westland.
De Vervoerregio’s dringen er bij het kabinet op aan om de bezuinigen op het regionale ov terug te draaien:
Melanie van der Horst, voorzitter van de Vervoerregio Amsterdam: “Openbaar vervoer moet voor iedereen toegankelijk zijn. Nu al is het ov voor veel mensen in onze regio’s te duur, of zijn er voor hen geen goede ov-verbindingen in de buurt. De aangekondigde bezuiniging en de mogelijke prijsstijging die daarop volgt zet de bewegingsvrijheid van deze mensen verder onder druk. Het betekent dat straks nog meer mensen moeite hebben om met het ov naar een sollicitatiegesprek, school of een familie- of ziekenhuisbezoek te reizen. Dat kan niet de bedoeling zijn.”
Jan Van Zanen, voorzitter van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag: “Er moeten in de metropoolregio’s komende jaren 400.000 woningen worden gebouwd. Woningen die goed bereikbaar moeten zijn. Daarbij is goed ov essentieel. Bezuinigen op ov betekent dus inleveren op bereikbaarheid en een serieuze bedreiging voor het realiseren van deze woningen. Dat mogen we niet laten gebeuren. De bezuiniging van 110 miljoen euro per jaar moet dus van tafel.”
De Vervoerregio’s hopen dat het kabinet de bezuinigingen terug draait. Melanie van der Horst en Jan van Zanen: “Dit kabinet zegt zich sterk te maken voor de bestaanszekerheid van iedereen. Dit is het moment om dat te laten zien voor de vele miljoenen reizigers die dagelijks gebruik maken van het ov. Wij zijn hoopvol dat we voor de reizigers in de regio een oplossing kunnen vinden. Hierover gaan we graag in gesprek.”