Het rijden van bussen, trams en metro’s in en rond Amsterdam – de zogeheten concessie Amsterdam – is gegund aan GVB. Dit is door het dagelijks bestuur van de Vervoerregio Amsterdam besloten.
Melanie van der Horst, voorzitter van de Vervoerregio Amsterdam: “Ik ben ontzettend blij. Met deze concessie komt er meer en beter ov in de stad. Vanaf 29 maart 2026 komt er gelijk 4% meer ov op straat. GVB blijft hiermee onze vaste partner voor het ov in de stad, die ze de afgelopen 125 jaar ook zijn geweest.” Per 1 juli gaat de nieuwe concessie officieel van start. De reiziger merkt dit in maart 2026, als de nieuwe dienstregeling ingaat. Claudia Zuiderwijk, CEO van GVB: “We zijn er trots op dat onze opdrachtgever ons het vertrouwen heeft gegeven om deze rol te vervullen. Zo kunnen we bijdragen aan de groei van Amsterdam met een steeds uitgebreider ov-aanbod. Daarmee houden we de stad ook in de toekomst leefbaar en toegankelijk voor iedereen die hier woont, werkt of op bezoek komt. En het is natuurlijk geweldig om dat te mogen doen als een écht Amsterdams bedrijf, in wat wij de mooiste en leukste stad van Nederland vinden! Het is de kers op ons jubileumjaar.”
Met de komst van de nieuwe dienstregeling in 2026 groeit het ov in en rond Amsterdam. Ook is er de ambitie om in de toekomst het ov te verbeteren. Dat gebeurt vanaf 2027 door de metro vaker te laten rijden. Zo blijven reizigers comfortabel reizen als het aantal reizigers groeit. Voor de lange termijn is de ambitie om veelgebruikte lijnen zo vaak te laten rijden dat het HOV-lijnen (HOV staat voor Hoogwaardig Openbaar Vervoer, ofwel snelle lijnen) worden. De ambities qua duurzaamheid zijn: het verminderen van het energiegebruik, het vergroten van de circulariteit en het beter voorbereid zijn op extreme weersomstandigheden als gevolg van klimaatverandering. Zuiderwijk: “Voor de leefbaarheid, veiligheid en ruimte in de stad is het belangrijk dat zoveel mogelijk reizigers in Amsterdam hun bestemming lopend, fietsend of met het ov bereiken. De stad groeit snel, in inwonersaantal én in werkgelegenheid. De komende elf jaar voelen wij ons sterk verantwoordelijk om bij te dragen aan de mobiliteitstransitie die de gemeente voor ogen heeft. Dat doen we door een steeds uitgebreider ov-aanbod te realiseren dat betrouwbaar, toegankelijk en (sociaal) veilig is.” Van der Horst: “Samen tonen we ambitie voor meer en beter ov op straat. Toegankelijk, comfortabel en fijnmazig ov wat inwoners en bezoekers verbindt met werk, school, voorzieningen, en met elkaar.”
De ov-sector – ook GVB – kampt met uitdagingen, zoals personeelstekort, de gevolgen van geopolitieke ontwikkelingen en ingrijpende werkzaamheden in de stad. Daarom zijn er afspraken gemaakt voor de eerste twee jaar van de concessie, een zogeheten ‘ingroeipad’. Van der Horst: “Met deze afspraken kan GVB groeien in hun aanbod op straat en zetten we stappen om onze gezamenlijke ambities waar te maken, waarbij er ook oog is voor wat kan en realistisch is.” Onderdeel van het ingroeipad is het toestaan dat er op bepaalde lijnen in de daluren tijdelijk minder vaak gereden mag worden. Dit maakt het mogelijk om met méér verschillende lijnen te rijden. De tijdelijke lagere frequenties worden alleen toegestaan op plekken en tijden waar het qua reizigersaantallen mogelijk is. En er wordt zo snel mogelijk weer opgeschaald.
De procedure om te komen tot gunning van de concessie Amsterdam heeft tijd gekost. In het proces zijn beide organisaties transparant naar elkaar geweest om inzicht in elkaars overwegingen te krijgen, en daarmee het vertrouwen in elkaar te verstevigen. Van der Horst: “We hebben altijd de intentie gehad om er samen uit te komen en met vreugde kunnen we als dagelijks bestuur nu concluderen dat dit is gelukt. Het bod van GVB is als voldoende en volledig beoordeeld, zonder daarvoor het Programma van Eisen (PvE) en het totale budget voor de concessie aan te passen.”